/
By: Grace&Us
S
Saskia (49): Mijn op kamers wonende dochter zag ik steeds minder thuis. Ik zocht daar niks achter. Ze heeft het druk en leuk, dacht ik. Totdat ik een appje van haar kreeg waarin ze me vroeg om op een bepaalde dag en tijd naar een adres in haar woonplaats te komen. Ze gaf duidelijk aan dat het niet goed met haar ging. Ze wilde niet bellen en sloot af met ‘ik hou van je en ik ben nu in goede handen’.
Bij het lezen van die laatste zin werd ik misselijk. Ik wist direct dat er iets vreselijks aan de hand was. Maar wat? Ik had niets aan haar gemerkt. Zou ze depressief of ziek zijn?
Wat was er met mijn kind aan de hand? Een andere optie, seksueel geweld, duwde ik van me weg. Dat zou ik als moeder vast gemerkt hebben, gevoeld hebben. Uiteindelijk googelde ik het opgegeven adres. Het bleek een bureau voor jeugdhulpverlening.
Een kleine week later zag ik daar mijn dochter. De aanwezige psychologe vertelde dat mijn dochter een brief had geschreven die ze wilde voorlezen. Daarna zouden we verder praten.
Ze schaamde zich en gaf zichzelf de schuld.
Mijn kind zat rechtop. En las. Haar stem onvast maar vastberaden. Zo hoorde ik wat haar was overkomen. Ik hoorde wat er gebeurd was, wat van haar afgenomen was, hoe ze zich niet kon verweren, hoe ze verstijfde, hoe bang en eenzaam ze zich voelde. Ze schaamde zich en gaf zichzelf de schuld. Ze gaf aan dat ze zelf zou bepalen wat ze wel en niet wilde delen met mij. Wanneer, waar en wie hield ze voor zich. En geen aangifte. Daar was ze heel stellig in.
Mijn dochter is slachtoffer van seksueel geweld. Mijn dochter is verkracht. Ik bevroor vanbinnen. Ik wist niet eens wat ik voelde. De psychologe die mijn dochter al wekenlang begeleidde, vertelde dat een slachtoffer meestal zwijgt. Ze legde uit dat je letterlijk kunt bevriezen als er over je grenzen wordt heengegaan. Een overlevingsmodus. Juist deze fysieke reactie zorgt ervoor dat een slachtoffer zich later verantwoordelijk en schuldig voelt. Ik heb niet geschopt en ben niet weggerend, dus is het mijn schuld. Door middel van trauma-therapie wordt onder andere duidelijk gemaakt hoe je brein en je lichaam reageert op fysieke dreiging en dat van eigen schuld geen sprake is. Nooit.
Die middag hebben we veel gepraat en nog veel meer gehuild. We hebben elkaar geknuffeld en ervaringen gedeeld. Voor het eerst deelde ik mijn ervaring. Ook ik gaf mezelf de schuld en zweeg. Ik was zo opgelucht en trots dat mijn dochter hulp zocht bij een professional.
De impact van de verkrachting op haar leven was gigantisch. Slaapproblemen, concentratiestoornissen en angst- en paniekaanvallen. Ze bleek een ernstige vorm van PTSS te hebben. Met behulp van EMDR-therapie en gesprekken met de psycholoog krabbelde ze heel langzaam op. Elke maand werd ze sterker en levenslustiger.
De woede in mijn lijf ontnam me mijn slaap en mijn rust.
En ik? De eerste maanden wilde ik de dader pakken en straffen. Ik ging op zoek maar wist niet naar wie. Ik wantrouwde het mannelijk geslacht. Ik scande iedereen. Ik verdacht jongens die al jaren bij ons over de vloer kwamen en bekeek elke man met andere ogen. Zou hij het kunnen zijn? Daar voelde ik me dan weer schuldig over.
De woede in mijn lijf ontnam me mijn slaap en mijn rust. Als ik niet woedend was huilde ik. Heel hard en veel. Ik was nerveus, gespannen en labiel.
Ik zou graag zeggen dat ik open en eerlijk met mijn dochter ben blijven praten over hetgeen haar was aangedaan. Maar dat is niet zo. Mijn dochter leerde tijdens haar therapie heel goed haar grenzen bewaken. Ik was bang over haar grens heen te gaan door vragen te stellen. Als het goed met haar ging wilde ik niet vragen naar haar verwerkingsproces, bang haar verdrietig te maken.
We konden elkaar moeilijk bereiken in die tijd al was en is onze band onverminderd sterk. Ik ben niet de troostende schouder geweest in haar genezingsproces al probeerde ik er met man en macht voor haar te zijn. We schreven elkaar lange berichtjes waarin we onze gevoelens deelden. Maar ik was niet haar eerste vertrouwenspersoon. Ik begreep dat en vond het tegelijk ook lastig.
De verkrachting had ook voor ons gezinsleven grote gevolgen. Hoe praten we met elkaar hierover? Wanneer? Hoe helpen we elkaar en wat heeft iedereen nodig? Dit bleek een proces van vallen en opstaan. Dat mijn dochter geen aangifte wilde doen was vooral voor mijn partner heel moeilijk te accepteren. Gelukkig heeft ze in een later stadium wel een melding gemaakt bij de politie. De naam van de dader is daar bekend mocht er een aangifte tegen hem komen.
We zijn nu een hele tijd verder en het gaat goed met mijn dochter. Ze is zo gegroeid en zo wijs en sterk. Haar veerkracht is een inspiratie voor me. Ik ben ongelooflijk trots op hoe zij dit trauma heeft aangepakt.
Als ik iemand hoor zeggen:
“Ik had gelijk de politie gebeld”
“Het zal ook wel aan die vrouwen liggen”
Ik geloof er niets van dat het zo gegaan is.”
“Mij zou dat niet overkomen, ik geef ‘m een rechtse hoek!”
Dan denk ik diegene die dit zegt heeft werkelijk geen idee waar ie het over heeft. Deze reacties hebben gigantische gevolgen. Slachtoffers van seksueel geweld zullen (blijven) zwijgen. Bang om niet gelooft te worden, voor victim blaming. Mijn dochter heeft hulp gezocht, het gaat nu goed met haar. Praten helpt.
Saskia is een gefingeerde naam. Om de privacy van haar dochter te beschermen is dit verhaal geanonimiseerd.
Dit verhaal hebben wij via Carine Vaessen van Coming of Age ingestuurd gekregen. Saskia heeft contact met Carine gezocht om haar verhaal te delen met andere vrouwen.
Instagram: @comingofage.nl